Zelfverdedigingslessen

Voor als het écht nodig is …

Archive for the 'Zelfverdediging Tips' Category

Zelfverdediging Tip 43: houdt afstand tot een mes … maak dat je wegkomt!

 

Leer zo snel en ver mogelijk van gevaar weg te rennen zeker als het gaat om een aanvaller met een slag-, snij- of steekwapen!

 

 

 

 

 

 

Terreur

In vier weken tijd evenzoveel terreurdaden in Frankrijk. Het heeft zijn weerslag tot binnen onze landsgrenzen. Van politici in Den Haag tot sporters die ik ontmoet in een krachthonk waarin ik aan het trainen ben. Allen laten zich erover uit. De politici in bewoordingen over onze democratische vrijheden die wij niet moeten laten bedreigen. De mede-sporters hebben vragen aan mij over hoe zo veilig mogelijk zichzelf te kunnen verdedigen tegen een aanval met een mes.

‘Zo veilig mogelijk’ vind ik een goede toevoeging omdat messen wat mij betreft bijzonder onveilige voorwerpen zijn. Wie heeft zichzelf nooit per ongeluk met een mes in de vingers gesneden? Bij het koken of bij het klussen. Ook ik weet uit eigen ervaring dat je dit ongemerkt overkomen kan. Plots heb je een jaap in een vinger. Gewoon, door onoplettendheid en gedachteloos bezig zijn. Je bent zo vaak aan het koken, je bent zo vaak aan het klussen dat je niet eens meer oplet zodra je een mes pakt. Hoe ‘veilig’ is een mes eigenlijk nog?

Onmogelijk

Een mes is wél een snij- én steekwapen en dit zegt genoeg over hoe gevaarlijk dat is. Aanvallers kunnen hun slachtoffers verwonden door hen te steken met de punt en/of te snijden met het snijvlak. Waarbij tweesnijdende messen twee snijvlakken hebben. Iemand met kwade bedoelingen kan vanuit allerlei richtingen op veel verschillende manieren proberen zijn slachtoffers te raken. Hij zal heel wild en met grote bewegingen of heel gericht en bijna ongezien proberen dit wapen te gebruiken. Overal waar hij zijn slachtoffer(s) maar raken kan.

Het is naar mijn persoonlijke mening vrijwel onmogelijk dit te voorkomen. Tegen cursisten in mijn riddertrainingen zelfverdediging zeg ik elke les opnieuw dat zij vrijwel kansloos zijn tegen een mes. Dit geldt al helemaal voor scholieren en studenten binnen de scholierenzelfverdediging omdat deze jongeren nog niet volgroeid en dus niet op volle sterkte functioneren. Elke training vertel ik cursisten dat het vrijwel onmogelijk is een mesaanval te verdedigen zonder gewond te raken. Helemaal als je zonder op je omgeving te letten in jezelf teruggetrokken zit te bidden in een kerk. Of boodschappen aan het doen bent en zonder op je omgeving te letten over straat loopt. Nee, ik (ver)oordeel geen enkel slachtoffer want niemand had hun mogen vermoorden.

Afstand

Eigenlijk is er naar mijn idee maar één effectieve verdediging tegen een mesaanval en dat is om zo snel mogelijk een zo groot mogelijke afstand tot het mes te maken. Keer jezelf desnoods om en begin keihard te rennen. Ooit heb ik iemand zien rennen over in een fietsenstalling gestoken fietsen. Hij ging daar zo snel overheen dat niemand hem kon volgen. Prima manier om te ontkomen aan je achtervolgers en misschien ook aan een mes. Maak afstand … maak dat je wegkomt … ren zo snel als je kunt weg. Spring over tafels en banken ontwijk obstakels en hindernissen en maak dat je wegkomt.

Afstand is volgens mij niet alleen in het geval van een snij- en/of steekwapen je beste vriend. Ook als het gaat om slagwapens is het een heel goed idee te zorgen dat je niet geraakt kan worden. Maak dat je wegkomt. Hoe kleiner de kans geraakt te worden hoe minder kans op letsel.

Blokkeren

Een aanval met een slag-, snij- of steekwapen blokkeren vind ik niet zo een goed idee, behalve als je echt niet meer weg kan komen. ‘Kan je geen afstand maken, moet je de afstand zo klein mogelijk maken’ leer ik mijn cursisten. Hiermee bedoel ik dat zij de strijd naar hun tegenstander moeten brengen. Alleen als het niet anders kan. En … nooit ongewapend! Pak wat je pakken kan. Pak een stoel, een kruk, een (niet te zware) tafel, een leren jas/riem, asbak, fles … noem het zo gek maar op maar pak iets.

Kan je aan een mes komen, pak dan een mes. En ik spreek uit ervaring. Het is vlot over met de ambities van uw tegenstander op het moment dat u zo een situatie weet te ‘nivelleren’. ‘Nivelleren’ noem ik het gelijktrekken van een ongelijke strijd in mijn riddertrainingen zelfverdediging. Hij een stok, ik ook een stok … hij een mes, dan ik ook een mes.

Laf

Binnen mijn beroepsmatige praktijk heb ik meegemaakt hoe tegenstanders een gevecht plotseling opgaven toen zij zagen dat ik ook een mes inbracht. Het hoefde plots niet zo nodig meer voor hen. Dat was tot het moment dat ik zelf een mes wist te pakken toch echt héél anders. Mesvechters laten hun wapens nooit lang zien, die laten zij voelen aan hun slachtoffers. Zeker zodra die ongewapend zijn, want ‘alle mannen zijn laf’. Pak iets waarmee je de strijd kan ‘nivelleren’ als je er niet in slaagt aan een gevecht tegen een gewapende tegenstander te ontkomen.

‘Alle mannen zijn laf’’ leg ik vrijwel woordelijk zo aan cursisten in mijn riddertrainingen zelfverdediging uit. Dit hoeft geen hogere wiskunde te zijn, kijk maar naar slachtoffers van geweld door mannen. Dat zijn vaak vrouwen, of mannen die kleiner of veel minder sterk waren dan de daders zelf zijn. Of ze kwamen gewapend naar het gevecht om een grotere en sterkere tegenstander tot slachtoffer te maken.

Weglopen

Helaas hebben wij als samenleving ondanks alle terreur nog niet voldoende ervaring met geweld om burgers tot automatische weglopers te maken. Zelfs onze opsporingsambtenaren niet. Ooit zat ik beroepsmatig in een bijeenkomst met medewerkers van onze overheid, politie en defensie toen er plotseling een heel dik boek op een hoge plank omviel. Dat het om gebonden papier ging wisten wij nog niet. Maar het gaf een enorm  luide knal. Iedereen stond aan de grond genageld of zat aan de zitting van diens stoel vastgelijmd.

Zelf zat ik op dat moment aan de bar op een barkruk van een drankje te genieten en te luisteren naar de verschillende sprekers. Meteen na de knal was ik al vertrokken richting uitgang. En met mij een slanke man die een fiks stuk langer was dan ik ben. Wij liepen getweeën gehaast weg toen bekend gemaakt werd dat een lijvig boekwerk omgevallen was. Iedereen die ons in de ogen kon kijken lachte ons toe danwel uit. Wij keken elkaar even aan waarna de lange man vanuit de hoogte tegen mij zei: ‘liever blooje Jan dan dooje Jan’.  En hij had helemaal gelijk.

Achteraf had de presentator het er nog over met alle aanwezigen dat het hem opgevallen was dat er niemand onmiddellijk reageerde. Terwijl er heel wat aanwezigen bij politie en defensie vandaan kwamen die beroepsmatig heel wat spannende situaties meegemaakt hebben. Enkelen zelfs ervaring met oorlogsgeweld. Nou was dat niet helemaal waar, want twee paar voeten waren al onderweg naar de uitgang. Betekent dit dat elke burger ‘een wegloper’ zou moeten worden? Ik denk van wel.

 

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Geweld,Zelfverdediging Tips and have No Comments

Hoe kan ik trainen tijdens een Corona Lockdown zoals die van februari tot september 2020? (2)

 

 

 

 

 

 

 

YouTube

Terwijl ik in een krachthonk als gast aan het trainen ben valt het mij op dat een andere sporter ‘anders’ beweegt tijdens het uitvoeren van zijn krachttraining. Na een paar maal dat ik dit zie, kan ik het niet nalaten en spreek ik hem aan. Op mijn vraag of hij misschien geblesseerd is antwoordde hij bevestigend.

‘Ben jij al met jouw blessure bij de fysio geweest?’ vroeg ik hem. Want, de sportschool waar ik bij aan het trainen was heeft zelf prima fysiotherapeuten in een praktijk. Hij hoeft alleen twee trappen op te lopen met zijn vraag. Hij keek mij aan met een blik die straalde van de logica en zei: ‘nee, ik kijk filmpjes op YouTube en daar haal ik mijn oefeningen af’. Het moet gezegd dat het om een jongvolwassen krachtsporter ging. Zeg maar in de leeftijd van mijn eigen dochters, voor in de twintig.

Het is mijn indruk dat onze jongvolwassenen veel sneller online gaan en daar hun vraag mee proberen te beantwoorden. Dat zie ik aan mijn eigen kinderen. Maar ik wist niet dat dit ook kon gelden voor (sport)blessures. ‘Ja’ ging de jongeling verder ‘het zijn ook échte fysiotherapeuten hoor’. Er zijn blijkbaar fysiotherapeuten die blessures online in filmpjes verklaren en uitleggen hoe deze te behandelen zijn. Waarna jongelui zelf kunnen dokteren aan de hand van de aanwijzingen in het filmpje. Dit kende ik nog niet.

Offline

Cursisten in mijn riddertrainingen zelfverdediging die geblesseerd raakten liet ik nooit online naar oplossingen zoeken. Dat zit gewoon niet in mijn systeem. Wellicht heeft dit met mijn generatie te maken, de 60-Plussers. Wij gingen decennia lang eerst naar de huisarts en via een verwijzing naar de fysiotherapeut en als het niet verbeterde misschien naar een specialist.

Ook ik stuurde geblesseerde cursisten naar huisarts, fysiotherapeut en zelfs een gespecialiseerde sportarts. Dit hoeft tegenwoordig niet meer in exact deze volgorde en is afhankelijk van hun ziektekostenverzekering. Maar geblesseerden online naar oplossingen voor kwetsuren laten zoeken. Dat is het echt (nog) niet voor mij.

Online

Mijn dochters zeiden al voor de CoronaCrisis van eind februari dit jaar tegen mij dat ik ook ‘online moet gaan’. Dat ik mijn riddertrainingen zelfverdediging ook via het internet zou moeten aanbieden aan mijn cursisten. Door de CoronaLockdown heb ik offline al van eind februari tot eind augustus dit jaar geen enkele training verzorgd. Wat grote gevolgen had voor mijn bedrijfsvoering.

Vanaf begin september mochten sportscholen weer open en ben ik heel voorzichtig eerst zelf weer met trainen begonnen. En ja, inmiddels verzorg ik een eerste online-riddertraining voor een cursist die helemaal in Spanje woont. Het is een experiment dat tot nog toe naar volle tevredenheid van mijn cursist en mij verloopt.

CoronaLockdown

Zo kom ik bij het antwoord op de vraag hoe er getraind kan worden als er een tweede CoronaLockdown verordonneerd mocht worden. Ga online en zoek filmpjes op YouTube en volg die gewoon op. Maar, ga wél iets doen aan je kracht, behendigheid, uithoudingsvermogen en verdedigende vaardigheden. Jongvolwassenen zoeken antwoorden op al hun vragen online. Waarom dan niet ook antwoorden zoeken op al hun trainingsvragen tijdens een volgende lockdown? Net zoals de jonge krachtsporter antwoorden op zijn blessure online in YouTube filmpjes zoekt.

Zelf heb ik tijdens de CoronaLockdown2020 van eind februari tot eind augustus dit jaar geen enkele dojo en/of krachtsportcentrum van binnen gezien. Wel ben ik veel buiten wezen trainen … vrijwel élke dag … zelfs tijdens de hittegolf van augustus! Met de van een cursist gekregen vrachtautoband en GAMMA moker, een TRX en een ‘hondje’. Op dat hondje deed ik in voorligsteun allerlei oefeningen om mijn romp mee in conditie te houden. En nee, hier heb ik geen filmpjes van gemaakt en online gezet. Of ik dat ooit ga doen zal ik eerst met mijn dochters bespreken.

Mochten er vragen zijn die u als leze hierover aan mij zou willen stellen? Doe dat gerust! Dat kan via dit blog of via mijn websites over zelfverdediging en het ontwikkelen van uw ridderfactor.

 

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Zelfverdediging Tips and have No Comments

Zelfverdediging Tip 42b: niet mopperen maar doen …

 

 

 

 

 

 

‘Géén’ antwoordde ik. ‘Geen enkele zin’ antwoordde ik regelmatig op de aan mij gesteld vraag ‘welke zin het heeft het om 400 maal met je gestrekte benen te ‘flipperen’ terwijl je op je rug ligt’. ‘Maar, doe dit eens gewoon en zonder commentaar en zonder te mopperen’.

Topsporter

Als gastdocent die een pittige conditietest verzorgde, was ik twee weken geleden actief bij Van Hellemond Sport in Hilversum. Deze allround-sportschool heeft een succesvolle karateselectie met Wado Ryu karate-toppers die regelmatig in de prijzen vallen.

In overleg met wedstrijdtrainers Andre Broeke, Ton Lefebre en Karel Van Hellemond mocht ik de conditie van hun topsporters testen. Met afsluitend een stuk praktijk over het al dan niet houden van afstand binnen een vechtsport danwel een écht gevecht.

Van iedere topsporter verwacht ik een ijzeren conditie. Dus er werd heel veel heen en weer gelopen, ontzettend veel opgedrukt en opgesprongen.

‘Flipperen’

Daarnaast werd er ook ontzettend veel ‘geflipperd’. Op de buik liggend, op de rug liggend en ook op de billen zittend. ‘Flipperen’ betekent dat deze topkarateka’s hun gestrekte benen op en neer moesten blijven bewegen, gewoon alsof ze aan het zwemmen waren. Alsof zij aan het ‘flipperen’ waren met zwemvliezen aan hun voeten.

Het moet gezegd: op de geblesseerden na konden al deze topkarateka’s de voorgeschotelde getallen aan. Niet dat het een makkie was maar 400x achter elkaar ‘flipperen’ in ruglig werd door hun gewoon afgedraaid. Zonder gemopper werd deze oefening ‘gewoon’ uitgevoerd.

Mentaal

En dat viel mij reuze mee. Het viel mij mee dat ik niet steeds vragen van deze topsporters moest beantwoorden over het waarom van een aangeboden oefening. Deze topsporters voerden alle oefeningen zonder commentaar uit. Geweldig. Want, dit heb ik ook wel eens anders meegemaakt. Dat ik aldoor vragen moest beantwoorde naar het waarom van een door mij aangeboden oefening.

Dan werd mij gevraagd naar de zin achter een ‘flipperoefening’ 400 maal uitvoeren. ‘Geen enkele zin’ antwoordde ik regelmatig. De vragenstellers legden mijn antwoord uit als: ‘het heeft geen enkele zin om deze oefening 400x uit te voeren’. Met mijn woorden bedoelde ik echter dat ik ‘geen enkele zin’ had verder op deze vraag in te gaan.

Zeker in een conditietest die ik mag aanbieden, test ik niet alleen fysiek op kracht en uithoudingsvermogen maar ook mentaal. Dan kijk ik om mij heen om te zien wie er al vroeg afhaken en wie er alsmaar doorgaan. Doorgaan tot de 400ste keer op en neer ‘flipperen’. En nee, natuurlijk vraag ik dit niet van een beginnersklasje karate maar voor topvechters vind ik 400x ‘flipperen’ beslist haalbaar. Bovendien deed ik in de conditietest die ik voor de toppers in de wedstrijdselectie bij Van Hellemond Sport mocht verzorgen lekker mee. En als ik als 60-jarige seniore oud-topper nog 400 maal kan ‘flipperen’, moeten 40 jaar jongere topvechters dat getal al zeker halen.

 

 

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Budo,Zelfverdediging Tips and have No Comments

Zelfverdediging Tip 42: Niet mopperen maar doen …

geen conditie

Inmiddels ben ik 59 jaar oud en tot de ontdekking kom dat ik nog heel goed mee kan komen met gemiddeld getrainde 25-jarigen als het op vechttrainingen aankomt. Tegelijk zie ik jonge mannen van 30 jaar oud die zacht en vet zijn zonder enige kracht of conditie. Hoor ik van collega-instructeurs hoe er geklaagd wordt over de conditie van 18 tot 24 jarige rekruten en aspiranten. Niet alleen in Nederland, ook in ons omringende landen als België en Duitsland wordt door instructieteams geklaagd dat ze vaak helemaal bij het begin moeten beginnen om jongeren in conditie te brengen.

Het valt ook mij op dat jongeren die door mij in de scholierenzelfverdediging getraind worden bepaalde elementaire behendigheidsoefeningen niet kunnen uitvoeren. Dat de gemiddelde scholier die ik tegenkom zich niet eens 8 keer kan optrekken. Zich geen 5 keer kan opdrukken, laat staan dat ik ze een rondje kan laten hardlopen. Als er hard gelopen moet worden beginnen de leerlingen van tegenwoordig eerst te vragen hoe lang en/of hoe ver en pas daarna naar het waarom van zo een looptraining.

Hard werken
In mijn antwoorden hou ik het simpel: omdat het hard werken is om iets te bereiken! Dat alleen de diepe wens om iets te willen ervoor zal zorgen dat je dit ook zult bereiken. Dat stilzitten en niets doen geen succes zal brengen, niet in de zelfverdediging en eigenlijk nergens in. Dat het leuk is om zittend voor de pc in een videogame de sterkste, snelste, gemeenste en meest bloeddorstige te zijn maar dat vechten in het echt een heleboel conditie, coördinatie, ervaring, karakter en inzet eist.

Inzet
Inzet leren mijn leerlingen door niet op te geven daar waar ik dit van ze vraag. Doorgaan, hoe moe ze ook zijn. Coördinatie leren scholieren door bewegingen en oefeningen exact uit te voeren zoals ik dat van ze vraag. Conditie, in de zin van uithoudingsvermogen, ontwikkelen mijn leerlingen door alsmaar aaneen de oefeningen uit te voeren die ik aangeef en voordoe en dit in het tempo te doen die ik aangeef. Ervaring ontwikkelen leerlingen door bewegingen vaak met elkaar te herhalen en karakter door al het voorgaande zonder te mopperen te ondergaan.

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Zelfverdediging Tips and have No Comments

OMA-training Forensic Social Work HBO Windesheim

Binnen de minor Forensic Social Work aan HBO Windesheim wordt ook een module Omgaan Met Agressie aangeboden. Vandaar de naam OMA-training.

OMA-training klinkt als ‘oma’-training en enkele studenten vonden dat wel grappig. Bovendien was de inhoud niet overeenkomstig hetgeen zij van deze OMA-training verwacht hadden. Zij verkeerden in de veronderstelling dat zij les zouden krijgen van een zelfverdediging-instructeur die hun allerlei technieken en grepen bij zou brengen.

Niets was minder waar. Het draait binnen het adequaat omgaan met agressie namelijk in de eerste plaats om het bewust zijn van je omgeving. Om het aanvoelen wat er spelen kan binnen leefgroepen in de forensische residentiële hulpverlening. Binnen het strafrechtelijk inrichtingswerk draait het vooral om het aanvoelen van de aan de zorgen van de instelling toevertrouwde bewoners.

Tegelijk draait het erom dat medewerkers héél leren blijven onder druk van wangedrag, agressie, bedreiging en geweld. Enkele studenten vertelden over hun ervaringen binnen de forensische jeugdzorg en dat is werkelijk niet mis. Bovendien zijn medewerkers aan handen en voeten gebonden door wet- en regelgeving. Kort gezegd: zij mogen en kunnen niets.

‘Héél blijven’ luidt daarom het devies. Daarom kregen deelnemers technieken aangeboden waarmee zij ‘heel leren blijven’ zonder dat hun tegenstanders daar al te agressief op zullen reageren. Dit bereiken de deelnemers aan deze OMA-training door ‘stiekem te strijden’ een term die gebruikt wordt om ongemerkt terug te leren vechten.

Heeft u interesse in een OMA-training zoals wij die voor u verzorgen kunnen? Bel: 06-13886352 en mail adrie@ridderfactor.nl

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Geweld,Zelfverdediging Tips and have No Comments

Vreselijk bericht in De Telegraaf over dodelijke steekpartij onder tieners tijdens een training.

https://www.telegraaf.nl/nieuws/1689691148/tiener-steekt-man-18-dood-tijdens-preventiecursus

Ouders
Alle scholieren wéten welke medeleerlingen raddraaiers zijn in de klas en op school. Alle docenten, het onderwijsondersteunend personeel en beveiligers eveneens. Dit zeg ik zo stellig omdat ik mijn LiO-stages gelopen heb binnen ons onderwijs. Het is mij toen al opgevallen dat binnen basisonderwijs, het voortgezet onderwijs en VMBO, ouders nauwelijks op de hoogte zijn van het reilen en zeilen op het onderwijsinstituut waar hun kroost soms wel acht uur per dag zit. De 10-minuten gesprekken met hun docenten zijn veel te kort om diepgaand op het genoten onderwijs van kinderen in te kunnen gaan.

Onbereikbaar
Als LiO-stagiair heb ik zulke 10-minutengesprekken bijgezeten en gedeeltelijk mogen voeren. Soms zat ik in zo een gesprek op speciaal verzoek van een docent geheel buiten mijn lesgebied om. Dan ging het om een gesprek met ouders van een leerling die niet zo makkelijk was terwijl beide ouders onbereikbaar bleken. Soms letterlijk omdat telefoontjes en briefverkeer onbeantwoord bleven en soms omdat het gesprek bijzonder stroef verliep. Vraag en antwoord liepen langs elkaar heen waardoor ik sterk de indruk kreeg dat de betreffende leerling thuis ook weinig effectief kon communiceren met zijn ouders. Ouders en kind bleken onbereikbaar voor elkaar. En voor de docenten.

Kans
Het gebrek aan communicatie is een gemiste kans. De leerling kan zijn ei thuis niet kwijt en de ouders weten niet wat er dagelijks speelt op school bij hun kind. In mijn riddertrainingen zelfverdediging is het voor cursisten die jonger dan 18 jaar oud zijn verplicht dat (een van de) ouders aanwezig is/zijn. Zo krijgen ouders mee wat er allemaal aan mij verteld wordt en dat zijn soms hele diepe openbaringen van deze jonge cursisten. Hun kinderen gaan helemaal leeg in mijn les en dat is niet alleen beperkt tot hun fysieke staat. Zij storten hun hart regelmatig uit bij mij terwijl hun ouders aan de kant zitten. Dan laat ik kind en ouders even alleen om zaken uit te praten. Vaak zijn het kwesties die op school spelen.

Credit Card Messen
Er zijn kinderen bij mij op de zaak wezen trainen die met naam en toenaam klas- en schoolgenoten konden noemen die gewapend naar school komen. Er zijn kinderen bij mij in trainingen geweest die vertelden over Credit Card Messen op school. En welke leerlingen deze in bezit hebben. Ik schrok mij kapot. Credit Card Messen zijn amper te herkennen als een mes. Die worden opgeborgen in een portemonnee of creditcardhouder en in een aantal kleine bewegingen uitgevouwen tot een scheermesscherp wapen.

Man-zijn
Nu lees ik in De Telegraaf over een steekpartij onder tieners tijdens een preventie cursus. Die cursus zal naar mijn idee gericht zijn tegen het gewapend zijn van deze jongeren. En hierin zit het hem precies: onze jongeren zijn steeds vaker bewapend. Terwijl geen enkele cursus hen zal motiveren hun wapens in te leveren. Sterker nog zijn deze jongeren gewapend naar deze cursus toe gekomen.

Heel veel jongeren zijn met messen bewapend. Dat zeggen jeugdige cursisten in mijn riddertrainingen zelfverdediging al heel lang tegen mij in bijzijn van hun ouders. En er is niemand die hier iets tegen kan doen. Onze jongeren zullen het zelf meoten doen. Zij zullen moeten leren adequaat omgaan met mesvechters.

Ook jongeren zullen moeten leren omgaan met mesvechters.

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Zelfverdediging Tips and have No Comments

Senioren zijn het wangedrag van junioren zat

Aftocht
als puber groeide ik op in een tijd waarin agenten nog ‘bromsnorren’ waren die met hun Kever kwamen aangerold en lastposten links en rechts een draai om de oren gaven. Ongeacht wie de aanleiding tot het tumult was, ongeacht wie bij wie hoorde. Wij wisten het wel: politie in aantocht betekende een vlotte aftocht.

Markt
Ook de markt was destijds een plek waar wij nooit stennis maakten. Ongeacht wat er ook gebeurd was. En pikken, stelen … nee er was werkelijk één plek waar je nooit iets meenam zonder af te rekenen: de markt. Want, je kon er op voorhand vanuit gaan dat de ene marktkoopman de andere marktkoopman kwam helpen. En nee, niet door geboefte te bevragen naar het waarom van hun criminele gedrag maar door hen ter plekke daarvoor te bestraffen. Een gepakte boef kreeg een pak slag op rij. Eerst van de bestolen marktkoopman, daarna van zijn naaste marktkraamburen links en rechts, daarna van de overburen met hun marktkraam en als het even kon liet de achterbuurman diens kraam even in de steek om ook een paar corrigerende tikken uit te delen. Niet alleen eigenrichting maar ook nog bijzonder vlot snelrecht.

Oorvijg
Nu heb ik zelf enkele jaren geleden op een marktplaats een lastpost van rond de 18 jaar oud een oorvijg verkocht. Meteen kwamen er wat marktkooplui vanachter hun marktkraampjes vandaan. Maar in tegenstelling tot wat ik in mijn eigen pubertijd gewend was kreeg niet de lastpost nog op zijn minst een reprimande van het overtal aan marktkooplieden. Nee, de heren kwamen mij aanspreken. ‘Nou, bedankt hoor’, ‘Dat had je niet moeten doen’ werd mij gezegd. En ‘zij komen altijd met z’n allen’. ‘Zij’ was voor deze marktkooplieden blijkbaar een groep mensen waar zij al op voorhand problemen van verwachtten.

Voor mij was dit de omgekeerde wereld. Het was toch de betreffende puber die zich bijzonder naar gedragen had? Waarom zou ik op mijn reactie aangesproken moeten worden? Omdat ik dit nare joch een draai om de oren gegeven heb?

Senioren
Op dit moment trainen er wat senioren als cursist in mijn riddertrainingen zelfverdediging. Senioren zijn voor mij cursisten die de leeftijd van 60 jaar voorbij zijn. Een van deze cursisten is de leeftijd van de 70 al voorbij en heeft in de jaren 70 van de vorige eeuw al meteen binnen het toen in ons Nederland kersvers gearriveerde karate mee gedaan. Toch is ook hij bij mij puur praktijkgericht op de zelfverdediging komen trainen.

Een andere seniore cursist doet zelf nog heel actief aan vechtsporten en traint tegelijkertijd puur praktijkgericht en zonder de (veelal Oosterse) rituelen van zijn vechtsporten bij mij in de zelfverdediging.

Respect
Mijn senior cursisten vertellen verhalen over het wangedrag, de agressie en bedreiging vanuit junioren naar hen toe in de openbare ruimte van ons land. Er wordt mijn senior cursisten soms totaal geen ruimte gelaten binnen onze openbare ruimte. Zij moeten soms letterlijk vragen om ‘erlangs te mogen’.

Terwijl zij wel degelijk opgemerkt zijn door de ogen van de jongeren die weigerden aan de kant te gaan. Het is gewoon werkelijk met opzet dat deze jongeren niet aan de kant gingen. Zij wilden ‘respect’ van de senioren die zij zelf de weg versperden. Respect afgedwongen in een vriendelijke vraag erlangs te mogen lopen.

Laat ik het zo zeggen: een senior van bijna 80 jaar oud heeft de fiets van zo een puber gegrepen en die met één enkele slinger van zich af gegooid. Hij heeft niets gevraagd aan deze pubers, hij heeft niets gezegd tegen deze pubers … maar, zij gingen onmiddellijk aan de kant voor hem.

Zat
Tegelijkertijd vertelde deze man aan mij dat hij het ‘zat’ is dat er geen enkele rekening met hem gehouden wordt door veel pubers in ons land. En zo zijn er meer senioren die zich tegenover mij als ridderfactor ont-wikkelaar uitlaten over het gebrek aan voorkomendheid, Hoofs, Hoffelijk en Hulpvaardig ridderlijk gedrag van onze junioren.

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Budo,Geweld,Zelfverdediging Tips and have No Comments

Adrie de Herdt Dag van het Karate

Op de foto van rechts naar links zittend op het bankje: karategrootheden John Reeberg, Hans Harthoorn en Jerry Smit uit het Kyokushinkai/Goju Ryu Karate, Shotokan Karate en Wado Ryu Karate, gedrieen kijkend naar een workshop die ik verzorgde op de Dag van het Karate.

Voor mij is het een enorme erkenning uit het werkveld dat de grootste karateorganisatie van ons land, de Karatedo Bond Nederland (lid van de European Karatedo Federation en de World Karatedo Federation) mij op de jaarlijkse Dag van het Karate meerdere workshops heeft laten verzorgen over puur praktijkgerichte zelfverdediging zoals ik dat binnen mijn riddertrainingen verzorg.

Bovendien waren karatecoryfeeën uit het wedstrijdkarate én traditioneel karate als John Reeberg, Hans Harthoorn, Jerry Smit, Raymond Snel, Gertjan Martens, Johny Malawauw, Mo El Ayachi en Pierre Drachman erbij aanwezig. Hun goedkeuring betekent tot op heden enorm veel voor mij. Het is voor mij een teken dat ik op de goede weg ben in het aanscherpen van technieken uit het karate tot handelingen die direct toepasbaar zijn in de praktijk van een confrontatie binnen de zelfverdediging.

Uiteindelijk heb ik slechts een 1e Dan in het Shotokan Karate en een 2e Dan in het Wado Ryu. Dat grootheden uit het Shotokan, Wado Ryu, Shito Ryu en Kyokushinkai hun goedkeuring lieten blijken vind ik geweldig.
Tegelijk maakt dit mij nederig en opnieuw een scholier die nog heel veel te leren heeft over allerlei karatestijlen, karatetechnieken én toepassingen van die technieken.

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Zelfverdediging Tips and have No Comments

Zelfverdediging Tip 41: Stokvechten? Keep It Simple Stupid!

Geen moeilijke vechthouding, gewoon je pen stiekem achter je rug.

Stokvechten

In veel verschillende culturen meppen mensen elkaar met stokken. Over de hele wereld gebruiken vechtjassen kleine, middelgrote en hele lange stokken om elkaar mee te bevechten. Iedereen doet aan stokvechten. Van kinds af aan. Denk maar eens goed na en kijk een heel ver terug in je eigen persoonlijke historie. Iedereen heeft ooit wel eens iemand geslagen. Meestal met de blote hand maar soms zelfs met een stok. Soms was de slag meer een tikje net zoals veel klappen in onze jeugd onderling nooit bedoeld zijn geweest om onze vriendjes (en vijanden) voor altijd mee te beschadigen. Het was niet écht vechten zoals in de zelfverdediging maar, het was wel een soort van stokvechten.

Mondiaal

Ik durf hier bijna te verklaren dat vrijwel elke vechtsport en elk verdedigingssysteem een vorm van stokvechten kent. De een met een super kleine, de ander met een hele lange stok en anderen met allerlei tussen varianten. Het blijven stokken. Het blijven oefeningen om mee te vechten. Hiermee erkennen al die sporten en systemen dat het aanleren van stokvecht- en stokverdedigingstechnieken van groot belang zijn voor ons. Dat geloof ik ook. In mijn riddertrainingen zelfverdediging leren cursisten ook stokvechten en stokvechttechnieken.

Vaardigheid

Alles draait wat mij betreft om het leren begrijpen van een stok, diens mogelijk- en onmogelijkheden, diens bereik en diens impact. Vaak in veel verschillende gevechtssituaties. Zo leren cursisten dit wapen heel diep kennen en weten zij meteen wat te doen voor het geval zij zelf geconfronteerd worden met een stokaanval. En dat is niet mis.

Tweemaal heb ik een échte stokaanval moeten verdedigen. Eenmaal van achteren (dan helpt geen enkele vaardigheid je meer) en de andere maal van voren. De aanval van achteren kon ik na impact nog een vervolg geven. De aanval van voren sloeg mij KO en ik zakte achterover weg. Ondanks dat ik zelf regelmatig stokvechttechnieken trainde werd ik vreselijk verrast. ‘Vaardigheid helpt niet wanneer je een aanval niet ziet’ is nota bene een van de slogans die ik mijn cursisten leer.

Afstand

Oefen regelmatig in het stokvechten. Want, anders raak je het ‘gevoel’ erin kwijt. Stokvechten is iets heel anders dan ongewapend vechten. Je staat iets verder van je tegenstander vandaan maar kan hem toch veel harder raken dan met je blote hand/vuist. Vaak wordt mij gevraagd wat de ‘juiste afstand’ is om effectief te kunnen stokvechten. ‘Niet’ antwoord ik altijd. Er is namelijk volgens mij geen ‘juiste afstand’ in het mesvechten.

Er zijn naar mijn idee en persoonlijke praktijkervaring wél drie afstanden die van belang zijn om te onderscheiden binnen het stokvechten. Deze afstanden heb ik ieder een naam gegeven naar hun eigen karakteristieke eigenschappen die mijn cursisten werkelijk uit het hoofd moeten weten. Zodat zij efficiënt zullen stokvechten. De grootste afstand noem ik ‘handafstand’ en is de afstand waarop jij met jou stok alleen de hand van je tegenstander zou kunnen raken. Meer niet. De middellange afstand noem ik ‘armsafstand’ en is de afstand waarop jij met jouw stok de onderarm, bovenarm, hoofd en knie van je aanvaller zou kunnen raken. De kortste afstand noem ik ‘hoofdafstand’ omdat je op deze superkorte afstand je aanvaller ook een kopstoot zou kunnen geven. Op deze afstand gebruik je over het algemeen de achterkant van je stok. Dit zijn de drie afstanden in het stokvechten die volgens mij belangrijk zijn om te onthouden en gebruiken.

Grip

Bovendien is het van groot belang regelmatig het ‘gevoel’ van de grip op je stok te ervaren. Vaak wordt aan mij gevraagd hoe ‘stevig’ een stok, pen, stift, wapenstok of ander hard voorwerp vast gehouden moet worden om ermee te kunnen vechten. ‘Net zoals je iemand een hand geeft die je voor het eerst ontmoet en waarmee je kennis wil maken’. Dus: niet te hard en ook niet zo zacht dat die hand uit de jouwe kan glijden. Een goede grip dus.

Oefen het vasthouden van een stok vaker dan dat je stokvechttrainingen bij kan wonen. Aan mijn cursisten kan ik meteen zien of zij in hun vrije tijd stokvechten getraind hebben. Hun grip is ‘losser’ en hun stok laten zij vaker als nodig per ongeluk vallen. Hoe vaker je een stok hanteert hoe bewuster je zult zijn van het verzwakken van je grip erop. Uiteindelijk moet je een stok heel goed kunnen vasthouden om jezelf ermee te kunnen verdedigen.

OOOA

Het klinkt als een luidgerekte luie geeuw: OOOA! Maar het staat voor een hele scherpe vechthouding in de riddertrainingen zelfverdediging die ik verzorg. Het staat voor de volgende vier woorden: Ontwijken, Omleiden. Ontwapenen, Aanvallen.

Wat mij betreft is het zo logisch als wat. Als praktijkervaren vechter had ik de twee stokaanvallen op mijn hoofd welzeker moeten ontwijken. Nu ben ik getroffen en dat leverde meer en minder ernstig letstel op. Ontwijken is een hele kunst. Omleiden ook. Dan moet een stokaanval zodanig opgevangen worden dat deze direct doorgestuurd kan worden. Uiteraard in het luchtledige zodat de verdedigende partij geen letsel op kan lopen. Ontwapenen spreek voor zich: doe alles om de stok af te kunnen pakken van je tegenstander. Afsluitend val je jouw aanvaller zelf aan zodat deze niet nog eens kan besluiten een aanval op jou in te zetten.

Techniek

Voor stokvechttechnieken moet je niet bij mij wezen, die heb ik niet. Tenminste, niet zoals in zoveel video’s op YouTube te zien zijn. Ik zorg er zelf altijd voor datgene dat ik in mijn hand heb heel goed vast te houden en anderen daar heel hard mee te raken. Of dit nu een bezemsteel of een pen is. Deze houdt ik stevig vast zodat ik op impact geen risico loop mijn stok uit mijn handen te laten vallen.

Misschien is dit wel de enige techniek die mijn cursisten van mij leren. Voor de rest leer ik hen alleen maar ‘hameren’ en ‘krassen’ op alles dat zij kunnen raken aan de hand, arm, hoofd en knieën van hun aanvaller. Uiteraard kan je alleen maar hameren en krassen met een hele korte stok. Zo kort dat die net aan de onderkant en de bovenkant van je gesloten hand zal uitsteken. Eigenlijk vergelijkbaar met de grootte van een gemiddelde pen. Zulke verdedigende technieken zijn daarom ook goed uit te voeren met een pen en/of viltstift. Bijvoorbeeld de Pocketshark van Cold Steel of een stalen Jotter Steel van Parker Pens. Niemand adviseer ik een ‘tactical pen’, Pocketshark of kobutan te kopen. Alles vanuit het KISS-principe: Keep It Simple Stupid!

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Zelfverdediging Tips and have Comments (2)

Zelfverdediging Tip 40: Kobutan? Keep It Simpel Stupid!

In het midden de Cold Steel Pocket Shark een geweldige stift.

Wapen

Wat er in de afgelopen zomervakantie allemaal gebeurd is, ik weet het werkelijk niet. Maar, ik krijg nu net na de zomervakantie veel vragen van terugkerende vakantiegangers over de zogenaamde ‘kobutan’, ook wel ‘pocketstick’ genoemd. Soms zitten er sleutels aan vast en is de pocketstick een sleutelhanger geworden. Soms zit zo een kobutan in een foedraal aan de broeksriem en lijkt het al veel eerder een wapen dat ter zelfverdediging gebruikt worden kan.

Expert

Zo direct na deze zomervakantie hebben mensen redenen ervaren een pocketstick of kobutan aan te schaffen. Sommige hebben ‘experts’ er demo’s mee zien geven anderen hebben vrienden en familie met pocketsticks en/of kobutan zien oefenen. Een ander iets zien kunnen, is voor mij persoonlijk nog geen reden datgene ook te willen kunnen. Ik heb geen pocketstick of kobutan. Ik ben helemaal geen expert, instructeur of trainer die mensen kan leren met zo een wapen adequaat geweld te kunnen keren.

Stift

Wél heb ik al jaren een viltstift, de Pocket Shark van het merk Cold Steel vrijwel dagelijks bij mij. Het is écht een stift waarmee geschreven worden kan. Het is van kunststof dat niet makkelijk stuk gaat en er zitten geen scherpe punten aan. Het is echt een dikke stift waarmee ik kan schrijven.

Tegelijk heeft deze stift mij meerdere malen uit hele nare situaties gered. En dat waren beslist geen oefensituaties. Met deze stift heb ik vingers, handruggen, onderarmen, biceps, bovenbenen en knieschijven geraakt van personen die op geen enkele andere wijze meer voor rede vatbaar waren.

Wolven

Echte straatschoffies maken zich niet druk om een beetje pijn. Dat hoort er voor hun elke dag bij. Zo zijn zij opgegroeid, zo leven zij elke dag en zo zien zij hun verdere toekomst. Zij laten zich niet makkelijk intimideren en zijn niet snel bang. Zelfs binnen hun eigen gezin en familie raken zij met elkaar slaags op zodanige wijze dat ziekenhuisbedden door gewonde wolven bezet gehouden worden. Wolven moet je écht pijn doen, zo ontzettend hard dat hun enthousiasme om zich te misdragen daar substantieel door zal afnemen.

Bovendien hebben wolven nog een voordeel op de nette, normale burgers: zij opereren nooit alleen. Zie je één wolf dan zie je een troep wolven. Die staan elkaar door dik en dun bij. Niet in politieverhoren overigens, dan verraden zij elkaar al snel maar dat terzijde. Want, in de strijd kunnen wolven het zich niet veroorloven leden van hun troep in de steek te laten. Elke wolf zal zich intrinsiek gemotiveerd willen bewijzen tegenover hun troep. Elke wolf zal er vol in gaan.

Burgers

De nette inwoners van ons land houden zich aan wetten, regels, afspraken, normen en waarden. Nette inwoners van ons land beseffen dat zij het geweldsmonopolie aan onze opsporingsdiensten overgedragen hebben. En dat deze overdracht in stand gehouden wordt via het openbaar ministerie dat overtreders zal bestraffen. In theorie. Bij de huidige stand van zaken komt het openbaar ministerie bijna niet tot het vervolgen van overtreders terwijl onze rechterlijke macht het zo druk heeft dat het bijna niet tot het veroordelen van vervolgden komt.

Nette burgers zijn bang om vervolgd te worden voor het overtreden van wetten. Zij rijden niet door rode verkeerslichten, zij stelen niet van anderen en durven geen geweld toepassen. Dat is lastig op het moment dat anderen geweld op hen toepassen. Die ‘anderen’ dat zijn inwoners van ons land die zich als wolven gedragen. Zelf noem ik deze figuren ‘Wolven van de Straat’. Ben je hun straattaal niet machtig sta je als burger meteen op achterstand.

Gebruiken

Terug naar de pocketstick ook wel kobutan genoemd. Daar worden de laatste tijd veel vragen over aan mij gesteld. Vaak vraag ik eerst terug hoe de vragensteller zo een pocketstick bij zich draagt. Over het algemeen in een tas, een damestas, schooltas of laptoptas. Niemand die ik sprak heeft zo een pocketstick in een foedraaltje aan de broeksriem hangen. Dit betekent nogal wat. Namelijk dat zij hun kobutan alleen kunnen gebruiken nadat ze die opgediept hebben uit hun tas. Dat kost tijd. Kostbare tijd.

Daarnaast vraag ik ook hoe zij zo een kobutan willen gebruiken. De meesten antwoorden dat zij met zo een kobutan naar ‘vitale’ delen en ‘drukpunten willen slaan. Daarop vraag ik hen of zij drukpunten nu direct voor mij kunnen aanwijzen. Dan laten zij mij de gebruikelijk drukpunten zien zoals die tussen de basis van de duim en wijsvinger op de handrug, bovenin de onderarm, op de biceps en onder het oor in de nek. Maar, allemaal wijzen zij deze drukpunten bij zichzelf aan. Wijs deze eens bij mij aan … nu ontstaan er plotseling problemen. Het valt niet mee om drukpunten bij anderen aan te wijzen … laat staan dat die afdoende hard geraakt kunnen worden zodra stress en adrenaline in het spel zijn. Bovendien moeten drukpunten vaak op een bepaalde manier, met een bepaalde druk en soms zelfs in een bepaalde richting geraakt worden om er effect op te kunnen hebben.

KISS
Voor mij daarom geen drukpunten. Niet alleen voor de pocketstick/kobutan maar voor elke handeling die bedoeld is om een aanvaller mee af te stoppen. Voor mij is het heel eenvoudig: ga voor de ogen, keel, knieën en onderbenen. Heb je iets keihards in handen? Ga voor vingers, keel, ogen en knieën. Zo hard als je kan. Keep It Simpel Stupid!

Share on Facebook
posted by Adrie de Herdt in Zelfverdediging Tips and have No Comments